Artikel 29. Beëindiging
Dit Verdrag blijft van kracht totdat het door een verdragsluitende Staat wordt opgezegd. Elke verdragsluitende Staat kan het Verdrag langs diplomatieke weg opzeggen door ten minste zes maanden voor het einde van elk kalenderjaar dat begint na het verstrijken van een periode van vijf jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van het Verdrag, aan de andere verdragsluitende Staat kennis te geven van de beëindiging. In dat geval houdt het Verdrag op van toepassing te zijn:
a.op de bij de bron verschuldigde belastingen op inkomsten die zijn toegekend of betaalbaar gesteld op of na 1 januari van het jaar dat onmiddellijk volgt op dat waarin de kennisgeving van de beëindiging is gedaan; b.op de andere belastingen geheven naar inkomsten van belastbare tijdperken die beginnen op of na 1 januari van het jaar dat onmiddellijk volgt op dat waarin de kennisgeving van de beëindiging is gedaan; c.op andere belastingen die verschuldigd zijn ter zake van belastbare feiten die zich voordoen op of na 1 januari van het jaar dat onmiddellijk volgt op dat waarin de kennisgeving van de beëindiging is gedaan.