- 1
- In het in artikel 8, letter a), van het Verdrag bedoelde geval reikt de hierna genoemde instelling van het land, waarvan de wetgeving van toepassing blijft, de werknemer op verzoek een detacheringsbewijs uit waarin wordt verklaard dat op hem de wetgeving van dit land van toepassing blijft.
- 2
- Dit bewijsstuk wordt opgemaakt:
-
- -in Nederland: door de Sociale Verzekeringsraad te Zoetermeer.
- -in Tunesië: door de „Caisse Nationale de Sécurité Sociale" te Tunis.
- 3
- Het bewijsstuk moet, zo nodig, door de vertegenwoordiger van de werknemer in het andere land, indien er een zodanige vertegenwoordiger is, of anders door de werknemer zelf worden overgelegd.
- 4
- Indien de werkzaamheden langer dan 12 maanden duren, richt de werkgever voor het einde van deze periode een verzoek om verlenging van detachering aan de instelling welke het eerste bewijsstuk heeft uitgereikt, laatstbedoelde instelling vraagt de goedkeuring van de bevoegde autoriteit van het land waar de tijdelijke werkzaamheden worden verricht en reikt, nadat de goedkeuring is verkregen, een tweede bewijsstuk uit.