- 1
- Indien het bevoegde orgaan vaststelt dat de aanvrager krachtens de door dit orgaan toegepaste wetgeving recht heeft op uitkeringen zonder dat er een beroep behoeft te worden gedaan op artikel 16 van het Verdrag, betaalt het deze onmiddellijk als voorlopige uitkering. Bij de definitieve afdoening van de aanvraag om uitkeringen vereffenen de betrokken organen hun rekeningen met toepassing van artikel 37 van het Verdrag.
- 2
- In het geval dat de organen van beide landen het voorgaande lid kunnen toepassen, worden de voorlopige uitkeringen alleen betaald door het orgaan van de woonplaats. Dit orgaan stelt het orgaan van het andere land hiervan zo spoedig mogelijk in kennis.
- 3
- In het geval dat ingevolge de voorgaande leden voorlopige uitkeringen worden betaald, is artikel 26 niet van toepassing.