- 1
- Voor de resterende productieve levensduurfase komen voor subsidie uitsluitend de afschrijvingskosten van de investeringen, bedoeld in artikel 2.2.10, onderdeel a, in aanmerking, voor zover deze afschrijvingskosten vallen onder de kosten, bedoeld in artikel 14, zesde lid, onderdelen a tot en met d, van de groepsvrijstellingsverordening landbouw.
- 2
- Op de subsidiabele kosten van de resterende productieve levensduurfase is artikel 10, derde lid, van het besluit niet van toepassing.