- 1
- Artikel 3.5.17, eerste lid, is van overeenkomstige toepassing op IPC-projecten die gericht zijn op:
-
- a.vangstmethoden of vistuigen om selectiever te vissen;
- b.vangstmethoden of vistuigen die minder bodemberoering tot gevolg hebben dan de huidige in de visserij gebruikte methoden of tuigen;
- c.vermindering van de negatieve invloed op klimaat of milieu door visserijactiviteiten; of
- d.andere vangstmethoden of kweekmethoden, die bijdragen aan een duurzame visserij.
- 2
- Een IPC-verband ten behoeve van een duurzame visserij bestaat, naast de IPC-penvoerder, uit ten minste twee en ten hoogste twintig niet met een andere IPC-deelnemer of de IPC-penvoerder in een groep verbonden MKB-ondernemers, van wie ten minste de helft een visserijonderneming in stand houdt.
- 3
- De artikelen 3.1.1, 3.5.1, 3.5.2, 3.5.17, eerste lid, 3.5.19, 3.5.20, 3.5.21, 3.5.22, aanhef en onderdelen a, b, d en e, 3.5.25, eerste en tweede lid, en 3.5.26 zijn van overeenkomstige toepassing op deze titel.