Responsive image

Artikel 3.33 Instelling van vordering

Download de app voor meer functionaliteit.

Artikel 3.33 Instelling van vordering

    1
  • Indien het geschil niet kan worden beslecht binnen zes maanden na de indiening van het verzoek om overleg, en ten minste drie maanden zijn verstreken sinds de indiening van het bericht van een voornemen tot instelling van een vordering overeenkomstig artikel 3.32 (Bericht van voornemen tot instelling van vordering), mag de eiser, mits hij voldoet aan de eisen van artikel 3.35 (Procedurele en andere vereisten voor instelling van vordering), een vordering instellen bij het Gerecht dat is ingesteld op grond van artikel 3.38 (Gerecht).
    2
  • Een vordering kan worden ingesteld bij het Gerecht overeenkomstig een van de volgende reeksen regels inzake geschillenbeslechting:
    • a.het Icsid-Verdrag;
    • b.de Bepalingen betreffende de opening van aanvullende voor het verlenen van administratieve diensten bij geschillen (hierna „Icsid-bepalingen aanvullende mogelijkheden” genoemd) door het secretariaat van het Internationaal Centrum voor beslechting van investeringsgeschillen (hierna „Icsid-secretariaat” genoemd) wanneer de voorwaarden voor een procedure overeenkomstig het bepaalde onder a) niet van toepassing zijn;
    • c.de arbitragevoorschriften van de Uncitral; of
    • d.alle andere voorschriften waarover de partijen bij het geschil overeenstemming bereiken. In het geval dat de eiser een specifieke reeks geschillenbeslechtingsregels voorstelt en, indien de partijen bij het geschil binnen 30 dagen na ontvangst van het voorstel, geen schriftelijke overeenstemming over dergelijke voorschriften hebben bereikt, of de verweerder de eiser niet heeft geantwoord, kan de eiser een verzoek indienen ingevolge de regels waarnaar wordt verwezen in de punten a), b) of c).
    3
  • Alle vorderingen die door de eiser zijn aangegeven bij de instelling van zijn vordering op grond van dit artikel moeten worden gebaseerd op maatregelen die zijn aangegeven in zijn verzoek om overleg op grond van artikel 3.30 (Overleg), alinea 1, onder c).
    4
  • De regels inzake geschillenbeslechting als bedoeld in lid 2 zijn van toepassing onder voorbehoud van het bepaalde in deze afdeling, zoals aangevuld door eventuele regels die zijn vastgesteld door het Comité, het Gerecht of de Beroepsinstantie.
    5
  • Een vordering wordt geacht te zijn ingesteld op grond van dit artikel wanneer de eiser een procedure heeft ingeleid op grond van de toepasselijke regels inzake geschillenbeslechting.
    6
  • Vorderingen die worden ingesteld namens een uit een onbepaald aantal niet-geïdentificeerde eisers bestaande groep worden, of door een vertegenwoordiger die voornemens is de procedure te voeren in het belang van een aantal al dan niet geïdentificeerde eisers die alle namens hen te nemen besluiten met betrekking tot de procedure delegeren, zijn niet ontvankelijk.

EY Taxlaw NL verschaft de mogelijkheid tot:
  • het full text doorzoeken van de verdragen en regelgeving met daarbij filters om het zoekgebied nader af te bakenen;
  • het full text doorzoeken van de gedelegeerde regelgeving, beleidsbesluiten en jurisprudentie;
  • het kunnen sorteren van de gedelegeerde regelgeving, beleidsbesluiten en jurisprudentie op datum, titel en instantie;
Responsive image
Responsive image
  • het oproepen van artikelversies tot enige jaren terug;
  • het maken van aantekeningen op artikelniveau;
  • de creatie van dossiers voor de opslag van snelkoppelingen naar veelvuldig geraadpleegde wetsartikelen;
  • het delen via mail en sociale media van artikelteksten met desgewenst een additioneel bericht.