- 1
- De in bijlage XVIII (Beschermde geografische aanduidingen) opgenomen geografische aanduidingen, alsmede diegene die zijn toegevoegd ingevolge artikel 247, zijn minimaal beschermd tegen:
-
- a.het gebruik van middelen in de benaming of presentatie van waren waarmee wordt aangeduid of gesuggereerd dat de waren in kwestie van oorsprong zijn uit een ander geografisch gebied dan de werkelijke plaats van oorsprong op een wijze die het publiek misleidt ten aanzien van de geografische oorsprong van de waren;
- b.het gebruik van een beschermde geografische aanduiding voor dezelfde waren die niet van oorsprong zijn uit de door de geografische aanduiding in kwestie aangeduide plaats, zelfs wanneer de werkelijke oorsprong van de producten is vermeld of de beschermde naam wordt gebruikt in vertaling of vergezeld gaat van uitdrukkingen zoals „stijl”, „type”, „imitatie”, „soortgelijk” en dergelijke;
- c.alle overige praktijken die voor de consument misleidend zijn ten aanzien van de werkelijke oorsprong van het product of elk ander gebruik dat een daad van oneerlijke mededinging vormt in de zin van artikel 10 bis van het Verdrag van Parijs.
- 2
- Een geografische aanduiding die in een van de partijen bescherming geniet kan ingevolge de procedure op grond van artikel 245 in die partij niet worden geacht een soortnaam te zijn geworden, zolang deze als geografische aanduiding in de partij van oorsprong beschermd is.
- 3
- Indien in een geografische aanduiding een naam is opgenomen die in een partij wordt geacht een soortnaam te zijn, wordt het gebruik van die soortnaam ten aanzien van de desbetreffende waar in die partij niet beschouwd als tegenstrijdig met dit artikel.
- 4
- Niets in deze overeenkomst wordt zodanig uitgelegd dat het ten aanzien van andere geografische aanduidingen dan die van wijnen en gedistilleerde dranken een partij ertoe verplicht te voorkomen dat een specifieke geografische aanduiding van de andere partij verder en op vergelijkbare wijze wordt gebruikt ten aanzien van goederen of diensten door een van haar onderdanen of ingezetenen die deze geografische aanduiding te goeder trouw en op continue wijze ten aanzien van dezelfde of aanverwante goederen of diensten heeft gebruikt op het grondgebied van die partij voorafgaand aan de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.