- 1
- Dit Verdrag kan door elk van de beide Verdragsluitende Partijen worden opgezegd. Kennisgeving van de opzegging dient te geschieden ten minste drie maanden voor het einde van het lopende kalenderjaar; het Verdrag houdt alsdan op van kracht te zijn aan het einde van het kalenderjaar waarin het is opgezegd.
- 2
- Wanneer het Verdrag is opgezegd, blijven de bepalingen ervan van toepassing ten aanzien van reeds verkregen rechten op uitkering, ongeacht enige bepaling welke in de wetgevingen van de beide Verdragsluitende Partijen mocht zijn opgenomen aangaande beperking van het recht op uitkering in verband met het wonen in, of het onderdaan zijn van andere landen. Aanspraken op toekomstige uitkeringen welke op grond van het Verdrag kunnen zijn verkregen, worden bij bijzondere overeenkomst geregeld.