- 1
- Het in artikel 16 bedoelde uitkeringsbedrag wordt berekend naar verhouding van de totale duur van de tijdvakken van verzekering, door de betrokkene krachtens de Nederlandse wetgeving vervuld na het bereiken van de 15-jarige leeftijd, tot het tijdvak liggende tussen de datum waarop hij de 15-jarige leeftijd heeft bereikt en het tijdstip waarop zijn arbeidsongeschiktheid met daaropvolgende invaliditeit is ontstaan.
- 2
- Indien de betrokkene op het tijdstip waarop zijn arbeidsongeschiktheid met daaropvolgende invaliditeit is ontstaan, werknemer was of een met hem gelijkgestelde persoon, wordt de verschuldigde uitkering vastgesteld overeenkomstig de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering van 18 februari 1966 (WAO). Indien dit niet het geval is, wordt de verschuldigde uitkering vastgesteld overeenkomstig de Algemene Arbeidsongeschiktheidswet van 11 december 1975 (AAW).
- 3
- Als tijdvakken van verzekering, vervuld krachtens de Nederlandse wetgeving worden aangemerkt:
-
- a)tijdvakken van verzekering, vervuld krachtens de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering van 18 februari 1966 (WAO);
- b)tijdvakken van verzekering, vervuld krachtens de Algemene Arbeidsongeschiktheidswet van 11 december 1975 (AAW);
- c)tijdvakken van arbeid en daarmee gelijkgestelde tijdvakken, welke voor 1 juli 1967 in Nederland zijn vervuld.
- 4
- Wanneer in het geval bedoeld in het tweede lid, eerste volzin, een verzekeringstijdvak, vervuld krachtens de W.A.O. samenvalt met een verzekeringstijdvak, vervuld krachtens de A.A.W., wordt slechts het krachtens de W.A.O. vervulde tijdvak in aanmerking genomen.
- 5
- Wanneer in het geval, bedoeld in het tweede lid, tweede volzin, een verzekeringstijdvak, vervuld krachtens de A.A.W. samenvalt met een verzekeringstijdvak, vervuld krachtens de W.A.O., wordt slechts het krachtens de A.A.W. vervulde tijdvak in aanmerking genomen.