De bestuursrechter kan partijen verzoeken om authentieke stukken ter beschikking te stellen en toepassing van artikel 1.14, eerste lid, daarbij voorschrijven. Dit geldt in ieder geval voor stukken waarvan de authenticiteit en/of integriteit niet of onvoldoende vaststaat en processtukken waarvan de oorspronkelijke staat vermoedelijk van cultuurhistorische waarde is. Deze stukken worden op verzoek van de bestuursrechter gedeponeerd of mee naar zitting genomen.