- 1
- De Nederlandsche Bank kan inlichtingen vragen aan of een onderzoek instellen of doen instellen bij ieder ingeschreven trustkantoor dat ingevolge deze wet onder haar toezicht valt, indien:
-
- a.dit dient ter uitvoering van verdragen tot uitwisseling van gegevens of inlichtingen, dan wel ter uitvoering van bindende besluiten van volkenrechtelijke organisaties met betrekking tot het toezicht op financiële markten of op natuurlijke personen, rechtspersonen en vennootschappen die op die markten werkzaam zijn; en
- b.de inlichtingen worden ingewonnen of het onderzoek wordt ingesteld ten behoeve van een instantie die werkzaam is in een staat die met Nederland partij is bij een verdrag of die met Nederland valt onder eenzelfde bindend besluit van een volkenrechtelijke organisatie en die in die staat is belast met de uitvoering van wettelijke regelingen inzake het toezicht op de financiële markten.
- 2
- Een verzoek om inlichtingen of een onderzoek kan zich tevens richten tot een ieder waarvan redelijkerwijs kan worden vermoed dat hij over gegevens of inlichtingen beschikt die van belang kunnen zijn voor de uitvoering van een verdrag of besluit als bedoeld in het eerste lid.
- 3
- De artikelen 5:13 en 5:20, eerste en tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht zijn van overeenkomstige toepassing.
- 4
- De Nederlandsche Bank is bevoegd tot overeenkomstige toepassing van artikel 5:20, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht ten aanzien van de in het eerste lid bedoelde inlichtingen en onderzoeken.