- 1
- Van de artikelen 2:55, eerste lid, 2:60, eerste lid, 2:75, eerste lid, 2:80, eerste lid, 2:86, eerste lid, 2:92, eerste lid en 2:96 van de wet zijn vrijgesteld rechtspersonen als bedoeld in artikel 20, vijfde lid, onderdeel a, van de Vrijstellingsregeling Wfd en, voorzover het artikel 2:80, eerste lid betreft, onderbemiddelaars in krediet als bedoeld in artikel 20, vijfde lid, onderdeel b, van de Vrijstellingsregeling Wfd, die overeenkomstig het eerste lid van dat artikel een vergunning of ontheffing hebben aangevraagd, op welke aanvraag op het tijdstip van inwerkingtreding van de wet nog niet is beslist.
- 2
- Het eerste lid is van toepassing totdat de Autoriteit Financiële Markten op de in dat lid bedoelde aanvraag heeft beslist. Artikel 31, tweede tot en met vierde lid, van de Invoerings- en aanpassingswet Wet op het financieel toezicht is van overeenkomstige toepassing.