- 1
- Voor tenuitvoerlegging vatbare uitspraken en beslissingen afgegeven door de bevoegde organen van een Verdragsluitende Partij worden erkend door de andere Verdragsluitende Partij.
- 2
- Beslissingen of rechterlijke uitspraken als genoemd in het eerste lid worden niet erkend als deze erkenning in strijd is met de wetgeving van de andere Verdragsluitende Partij.
- 3
- Voor tenuitvoerlegging vatbare beslissingen en rechterlijke uitspraken, die zijn erkend overeenkomstig het eerste en tweede lid, worden ten uitvoer gelegd door de andere Verdragsluitende Partij overeenkomstig de wetgeving die met betrekking tot de tenuitvoerlegging van beslissingen en rechterlijke uitspraken van kracht is op het grondgebied van die Partij.