De bevoegde autoriteiten, of de daartoe aangewezen organen, van beide Verdragsluitende Partijen kunnen uitzonderingen op de bepalingen van de artikelen 7 tot en met 13 overeenkomen in het belang van een persoon of een groep van personen, mits de belanghebbende persoon of personen onderworpen zijn aan de wetgeving van een van beide Verdragsluitende Partijen.