- 1
- Het opbouwen van een voorziening ingevolge een levensloopregeling vindt plaats door inhouding op het loon, waarbij het ingehouden loon wordt aangewend voor het treffen van een voorziening voor een periode van extra verlof. Daarbij wordt de duur van de verlofperiode bepaald door het ingehouden loon vermeerderd met de daarop gekweekte inkomsten en de daarmee behaalde rendementen bij een levenslooprekening als bedoeld in artikel 61c en bij een levenslooprecht van deelneming als bedoeld in artikel 61da , onderscheidenlijk de waarde van de polis bij een levensloopverzekering als bedoeld in artikel 61d , en verkrijgt de werknemer een aanspraak op het levenslooploon ten behoeve van de betaling van loon gedurende de verlofperiode. Onder ingevolge een levensloopregeling ingehouden loon wordt tevens verstaan een door de inhoudingsplichtige ten behoeve van de levensloopregeling verstrekte bijdrage.
- 2
- Onder levenslooploon wordt verstaan het ingehouden loon vermeerderd met de daarop gekweekte inkomsten en de daarmee behaalde rendementen bij een levenslooprekening als bedoeld in artikel 61c en bij een levenslooprecht van deelneming als bedoeld in artikel 61da , onderscheidenlijk de waarde van de polis bij een levensloopverzekering als bedoeld in artikel 61d .