De pensioenuitkeringen die onder toepassing van de bepalingen van Titel III van dit Verdrag worden erkend, worden periodiek aangepast met dezelfde bedragen als de pensioenuitkeringen die uit hoofde van de nationale wetgeving worden erkend. Met betrekking tot de pensioenuitkeringen die zijn geraamd volgens de „pro rata temporis’’ formule, zoals voorzien in artikel 13, tweede lid, kan deze aanpassing echter worden berekend onder toepassing van dezelfde verhoudingsregel die werd toegepast om het pensioenbedrag vast te stellen.