- 1
- Elke Partij treft in zijn interne recht de noodzakelijke maatregelen om uitvoering te geven aan de grondbeginselen van gegevensbescherming, vervat in dit hoofdstuk.
- 2
- Deze maatregelen dienen te zijn getroffen uiterlijk op het tijdstip waarop dit Verdrag ten aanzien van die Partij in werking treedt.