Wanneer een onderdaan van een van de Verdragsluitende Partijen, op het tijdstip waarop de arbeidsongeschiktheid met daarop volgende invaliditeit is ontstaan, onderworpen was aan de Kroatische wetgeving inzake pensioenen en recht had op een Kroatische invaliditeitsuitkering, en hij voordien in totaal een verzekeringstijdvak had vervuld van ten minste twaalf maanden krachtens de Nederlandse wetgeving inzake invaliditeitsverzekering, heeft hij recht op een uitkering krachtens laatstgenoemde wetgeving, berekend volgens de regels van artikel 28.