De op grond van artikel 34 aangewezen ambtenaren en personen hebben bij de uitoefening van hun taak toegang tot de elektronische apparatuur, met inbegrip van netwerken, die naar vermoeden gebruikt wordt bij kansspelen.
Artikel 34b
De op grond van artikel 34 aangewezen ambtenaren en personen hebben bij de uitoefening van hun taak toegang tot de elektronische apparatuur, met inbegrip van netwerken, die naar vermoeden gebruikt wordt bij kansspelen.