Responsive image

Artikel 3 Exploitatievergunning

Download de app voor meer functionaliteit.

Artikel 3 Exploitatievergunning

    1
  • Na ontvangst van een aanvraag voor een exploitatievergunning van een luchtvaartmaatschappij van een partij verlenen de bevoegde autoriteiten van de andere partij zo spoedig mogelijk de exploitatievergunningen en passende technische vergunningen, voor zover:
    • a.in het geval van een luchtvaartmaatschappij uit Qatar:
    • i.de hoofdvestiging van de luchtvaartmaatschappij zich in Qatar bevindt en de maatschappij houder is van een geldige exploitatievergunning overeenkomstig de wetgeving van Qatar;
    • ii.het regelgevend toezicht op de luchtvaartmaatschappij effectief wordt uitgeoefend en gehandhaafd door Qatar; en
    • iii.de eigendom van de luchtvaartmaatschappij, hetzij rechtstreeks hetzij via een meerderheidsparticipatie, en de feitelijke zeggenschap over die maatschappij berust bij Qatar en/of onderdanen van Qatar;
    • b.in het geval van een luchtvaartmaatschappij uit de Unie:
    • i.de luchtvaartmaatschappij, overeenkomstig de EU-Verdragen, op het grondgebied van de Unie is gevestigd en beschikt over een geldige exploitatievergunning overeenkomstig de wetgeving van de Unie;
    • ii.de EU-lidstaat die verantwoordelijk is voor de afgifte van het Air Operator Certificate daadwerkelijk regelgevend toezicht houdt op de luchtvaartmaatschappij, en de bevoegde autoriteit duidelijk is vermeld; en
    • iii.de luchtvaartmaatschappij rechtstreeks of door een meerderheidsbelang eigendom is van een of meer EU-lidstaten of lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie of van onderdanen van die lidstaat of lidstaten, en deze lidstaten of onderdanen daadwerkelijk zeggenschap uitoefenen over de luchtvaartmaatschappij.
    • c.artikelen 13 en 14 worden nageleefd; en
    • d.de luchtvaartmaatschappij voldoet aan de in wet- en regelgeving voorgeschreven voorwaarden die gewoonlijk worden toegepast op de exploitatie van internationaal luchtvervoer door de partij die de aanvraag behandelt.
    2
  • Wanneer de partijen exploitatievergunningen en technische vergunningen afgeven, behandelen zij alle luchtvaartmaatschappijen van de andere partij op niet-discriminerende wijze.
    3
  • Als een partij een aanvraag voor een exploitatievergunning ontvangt van een luchtvaartmaatschappij van de andere partij, erkent zij de door de eerste partij gedane vaststellingen met betrekking tot de deugdelijkheid en/of nationaliteit van die luchtvaartmaatschappij alsof die vaststellingen door haar eigen bevoegde autoriteiten zijn gedaan, en voert zij verder geen onderzoek naar deze kwesties, behalve in de gevallen als bedoeld in artikel 4, lid 2. Teneinde elke twijfel uit te sluiten, wordt benadrukt dat deze alinea geen betrekking heeft op de erkenning van vaststellingen die verband houden met veiligheidscertificaten of -vergunningen, beveiligingsregelingen of de verzekeringsdekking.

EY Taxlaw NL verschaft de mogelijkheid tot:
  • het full text doorzoeken van de verdragen en regelgeving met daarbij filters om het zoekgebied nader af te bakenen;
  • het full text doorzoeken van de gedelegeerde regelgeving, beleidsbesluiten en jurisprudentie;
  • het kunnen sorteren van de gedelegeerde regelgeving, beleidsbesluiten en jurisprudentie op datum, titel en instantie;
Responsive image
Responsive image
  • het oproepen van artikelversies tot enige jaren terug;
  • het maken van aantekeningen op artikelniveau;
  • de creatie van dossiers voor de opslag van snelkoppelingen naar veelvuldig geraadpleegde wetsartikelen;
  • het delen via mail en sociale media van artikelteksten met desgewenst een additioneel bericht.