- 1
- Iedere Overeenkomstsluitende Partij staat, met betrekking tot investeringen, aan onderdanen van de andere Overeenkomstsluitende Partij de onbeperkte overmaking toe, in vrij inwisselbare valuta, van hun investeringen en de opbrengsten daaruit, naar het door die onderdanen aangegeven land, met inachtneming van het recht van de eerstgenoemde Overeenkomstsluitende Partij, op billijke wijze en te goeder trouw, die maatregelen te nemen die nodig zijn om het ongeschonden en onafhankelijke karakter van haar valuta, haar externe financiële positie en haar betalingsbalans veilig te stellen, en wel op een wijze die verenigbaar is met haar rechten en verplichtingen als lid van het Internationale Monetaire Fonds.
- 2
- De op zulk een overmaking van toepassing zijnde wisselkoers is de koers die ten tijde van de overmaking geldt.
- 3
- In gevallen waarin ingevolge artikel 5 grote bedragen aan schadevergoeding zijn betaald, kan de betrokken Overeenkomstsluitende Partij verlangen dat de overmaking daarvan plaats heeft in redelijke termijnen.