Investeringen of inkomsten van onderdanen van elk der Overeenkomstsluitende Partijen worden niet onderworpen aan onteigening of nationalisatie of aan een maatregel van gelijke strekking - alle zodanige maatregelen worden hierna in dit artikel „onteigening” genoemd - behalve ten algemenen nutte, in het openbaar belang of in het belang van de nationale verdediging en tegen betaling van een billijke schadevergoeding. Zulk een schadevergoeding bedraagt de marktwaarde van de onteigende investering, of bij het ontbreken van een vast te stellen marktwaarde, de daadwerkelijk geleden schade op of onmiddellijk voorafgaande aan de datum van onteigening. De schadevergoeding dient te geschieden zonder onnodige vertraging, dient werkelijk beschikbaar te zijn en dient, met inachtneming van het bepaalde in artikel 7, derde lid, vrij te kunnen worden overgemaakt in vrij inwisselbare valuta naar het door de betrokken onderdaan aangegeven land. De betrokken onderdaan heeft ingevolge de wet van de Overeenkomstsluitende Partij die de onteigening uitvoert, recht op onverwijlde toetsing door een rechterlijke instantie of door een eventuele andere onafhankelijke autoriteit van die Partij, van zijn geval en van de taxatie van zijn investering overeenkomstig de in dit lid neergelegde beginselen.