Responsive image

Artikel 25 Ouderdomspensioen

Download de app voor meer functionaliteit.

Artikel 25 Ouderdomspensioen

    1
  • Het Nederlandse bevoegde orgaan stelt het ouderdomspensioen rechtstreeks en uitsluitend vast op basis van de krachtens de Nederlandse algemene ouderdomswet (AOW) vervulde verzekeringstijdvakken.
    2
  • Onverminderd het derde lid worden tijdvakken vóór 1 januari 1957 gedurende welke een onderdaan van een Verdragsluitende Staat na het bereiken van de 15-jarige leeftijd in Nederland heeft gewoond of gedurende welke hij, in een ander land wonende, in Nederland arbeid in loondienst heeft verricht, mede aangemerkt als verzekeringstijdvakken indien hij niet voldoet aan de voorwaarden van de Nederlandse wetgeving op grond waarvan zulke tijdvakken voor hem met verzekeringstijdvakken mogen worden gelijkgesteld.
    3
  • De in het tweede lid van dit artikel bedoelde tijdvakken worden bij de berekening van het ouderdomspensioen alleen in aanmerking genomen, indien de betrokkene verzekerd is geweest in de zin van artikel 6 van de Nederlandse Algemene Ouderdomswet en na het bereiken van de leeftijd van negenenvijftig jaar ten minste zes jaar op het grondgebied van een van beide of beide Verdragsluitende Staten heeft gewoond en alleen zolang hij op het grondgebied van een Verdragsluitende Staat woont. Deze tijdvakken worden echter niet in aanmerking genomen wanneer zij samenvallen met verzekeringstijdvakken die gebaseerd zijn op de wetgeving inzake ouderdomspensioenen van een ander land dan Nederland.

EY Taxlaw NL verschaft de mogelijkheid tot:
  • het full text doorzoeken van de verdragen en regelgeving met daarbij filters om het zoekgebied nader af te bakenen;
  • het full text doorzoeken van de gedelegeerde regelgeving, beleidsbesluiten en jurisprudentie;
  • het kunnen sorteren van de gedelegeerde regelgeving, beleidsbesluiten en jurisprudentie op datum, titel en instantie;
Responsive image
Responsive image
  • het oproepen van artikelversies tot enige jaren terug;
  • het maken van aantekeningen op artikelniveau;
  • de creatie van dossiers voor de opslag van snelkoppelingen naar veelvuldig geraadpleegde wetsartikelen;
  • het delen via mail en sociale media van artikelteksten met desgewenst een additioneel bericht.