Dit besluit geeft een nadere invulling aan de artikelen die zien op de deelnemingsvrijstelling en de deelnemingsverrekening. Het besluit volgt de volgorde van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969. In onderdeel 1 tot en met onderdeel 10 wordt ingegaan op de artikelen 13 tot en met 13k van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969. In onderdeel 11 wordt ingegaan op artikel 23c van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969. Tot slot regelen onderdelen 12 en 13 het intrekken van het voorgaande besluit en de inwerkingtreding van het onderhavige besluit.
De in dit besluit opgenomen goedkeuringen zijn gebaseerd op de zogenoemde hardheidsclausule van artikel 63 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen.