Te hanteren afschrijvingstermijn na toepassing van artikel 15ai, tweede lid, van de Wet Vpb
Als binnen een fiscale eenheid een vermogensbestanddeel is overgedragen van de ene maatschappij (overdrager) aan een andere maatschappij (overnemer), kan de ontvoeging van de overdrager of de overnemer leiden tot toepassing van de sanctie van artikel 15ai, eerste lid, van de Wet Vpb. De sanctie houdt in dat op het tijdstip onmiddellijk voorafgaand aan de ontvoeging van de overdrager of de overnemer het overgedragen vermogensbe-standdeel te boek wordt gesteld op de waarde in het economische verkeer op dat tijdstip. De daarna plaatsvindende jaarlijkse afschrijving wordt bepaald aan de hand van de resterende gebruiksduur van het vermogensbestanddeel op het ontvoe-gingstijdstip en de restwaarde.
In artikel 15ai, tweede lid, van de Wet Vpb is een tegenbewijsregeling opgenomen. Hierin is bepaald dat in afwijking van artikel 15ai, eerste lid, van de Wet Vpb het overgedragen vermogensbestanddeel op het tijdstip onmiddellijk voorafgaand aan het ontvoegingstijdstip te boek wordt gesteld op een bedrag gelijk aan de waarde in het economische verkeer van het vermogensbestanddeel ten tijde van de overdracht, verminderd met de afschrijving tussen het tijdstip van de overdracht en het ontvoegingstijdstip berekend overeenkomstig artikel 15ah, tweede lid, onderdeel a, van de Wet Vpb. De belastingplichtige moet de hoogte van dit bedrag aannemelijk maken. De jaarlijkse afschrijving tussen het tijdstip van de overdracht en het ontvoegingstijdstip wordt bepaald aan de hand van de resterende gebruiksduur en de restwaarde van het vermogensbestanddeel op het overdrachtstijdstip.
Omdat de berekening van de boekwaarde van het vermogensbestanddeel op het tijdstip onmiddellijk voorafgaand aan het ontvoegingstijdstip bij artikel 15ai, tweede lid, van de Wet Vpb plaatsvindt alsof al ten tijde van de overdracht geen fiscale eenheid bestond tussen de overdrager en de overnemer, kan de jaarlijkse afschrijving, die is gehanteerd bij de berekening van de boekwaarde op het ontvoegingstijdstip, ook na de ontvoeging worden voortgezet.