- 1
- De artikelen 18.2, vijfde lid, 18.4, 18.4a, 18.6, 18.6a, eerste en tweede lid, 18.7, 18.10, de paragrafen 18.3.2 tot en met 18.3.4 en artikel 19.4, vierde lid, van de Omgevingswet zijn van overeenkomstige toepassing met betrekking tot de handhaving van het bepaalde bij of krachtens:
-
- a.deze wet;
- b.de EG-verordening overbrenging van afvalstoffen;
- c.de EG-verordening registratie, evaluatie en autorisatie van chemische stoffen;
- d.de EG-verordening indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels;
- e.de EG-verordening EU-milieukeur.
- 2
- In afwijking van het eerste lid is artikel 18.4 van de Omgevingswet niet van toepassing voor zover het betreft de handhaving van het bij of krachtens hoofdstuk 16 bepaalde.
- 3
- Tot de bevoegdheid tot oplegging van een last onder bestuursdwang krachtens artikel 18.3 of 18.4 van de Omgevingswet behoort het in Nederland door of vanwege het bevoegde bestuursorgaan beheren van afvalstoffen in gevallen waarin die afvalstoffen in strijd met het bij of krachtens de EG-verordening overbrenging van afvalstoffen of titel 10.7 bepaalde, binnen of buiten Nederlands grondgebied worden gebracht.