Responsive image

2.6 Gelijkmatigheidseis bij periodieke giften

Download de app voor meer functionaliteit.

2.6 Gelijkmatigheidseis bij periodieke giften

Als de notariële akte of onderhandse akte van schenking de verplichting bevat om de uitkeringen gedurende vijf of meer kalenderjaren ten minste jaarlijks te laten plaatsvinden, waarbij de uitkeringen verschillende vervaldata kennen, wordt niet voldaan aan de voorwaarde dat de uitkeringen gelijkmatig zijn. Daarnaast heeft de periodieke gift daardoor een feitelijke looptijd van minder dan vijf jaar.

Bij besluit van 10 maart 1997, nr. DB97/273M, BNB 1997/167 is goedgekeurd dat schenkingen, waarbij de eerste lijfrentetermijn direct bij het aangaan van de verplichting vervalt als gevolg waarvan de feitelijke looptijd net iets meer dan vier jaar beloopt, kwalificeren als giften in de zin van artikel 47, tweede lid, Wet IB 1964. Hieruit volgt dat het voldoende is dat de uitkeringen in vijf opeenvolgende kalenderjaren plaatsvinden.

In het onderschrift bij het intrekken van het cassatieberoep tegen de uitspraak van Hof Amsterdam van 11 november 2003, ECLI:NL:GHAMS:2003:AV3675, is aangegeven dat door het aanpassen van de vervaldatum van de tweede tot en met de vijfde termijn in de overeenkomst van 31 december naar 1 mei niet langer wordt voldaan aan de voorwaarde dat de uitkeringen gelijkmatig zijn. Omdat hiermee geen sprake is van het op een oneigenlijke manier behalen van fiscaal voordeel, is deze kwestie niet aan de Hoge Raad voorgelegd.

Een redelijke wetstoepassing brengt met zich mee dat het ook in de situatie waarbij de uitkeringen verschillende vervaldata kennen voldoende is dat de uitkeringen in vijf opeenvolgende kalenderjaren plaatsvinden. Over een kalenderjaar bezien, treedt er namelijk geen wijziging op van de waarde van de in aanmerking te nemen periodieke gift, waardoor geen sprake is van het op een oneigenlijke manier behalen van fiscaal voordeel.

Voorbeeld

De belastingplichtige heeft in een notariële akte opgenomen dat hij een periodieke gift zal doen aan een ANBI, bestaande uit vijf jaarlijkse uitkeringen van € 2.000, waarbij de eerste uitkering vervalt op 31 december van het eerste kalenderjaar en de tweede tot en met vijfde uitkering op 31 januari van de daaropvolgende vier kalenderjaren. De periodieke gift heeft daardoor een feitelijke looptijd van drie jaar en één maand. In deze situatie heeft de belastingplichtige op basis van een redelijke wetstoepassing recht op giftenaftrek voor periodieke giften.

EY Taxlaw NL verschaft de mogelijkheid tot:
  • het full text doorzoeken van de verdragen en regelgeving met daarbij filters om het zoekgebied nader af te bakenen;
  • het full text doorzoeken van de gedelegeerde regelgeving, beleidsbesluiten en jurisprudentie;
  • het kunnen sorteren van de gedelegeerde regelgeving, beleidsbesluiten en jurisprudentie op datum, titel en instantie;
Responsive image
Responsive image
  • het oproepen van artikelversies tot enige jaren terug;
  • het maken van aantekeningen op artikelniveau;
  • de creatie van dossiers voor de opslag van snelkoppelingen naar veelvuldig geraadpleegde wetsartikelen;
  • het delen via mail en sociale media van artikelteksten met desgewenst een additioneel bericht.