Pensioenen, lijfrenten en socialezekerheidsuitkeringen
- 1
- Onder voorbehoud van de bepalingen van artikel 19, tweede lid, mogen pensioenen en andere soortgelijke beloningen, alsmede lijfrenten, afkomstig uit een Verdragsluitende Staat en betaald aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat in de eerstgenoemde Staat worden belast.
- 2
- Pensioenen en andere uitkeringen betaald krachtens de bepalingen van de socialezekerheidswetgeving van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat mogen in de eerstbedoelde Staat worden belast.
- 3
- Een pensioen of andere soortgelijke beloning of lijfrente wordt geacht afkomstig te zijn uit een Verdragsluitende Staat voor zover de met het pensioen of een andere soortgelijke beloning of lijfrente samenhangende bijdragen of betalingen, dan wel de aanspraken op dit pensioen of andere soortgelijke beloning of lijfrente in die Staat in aanmerking zijn gekomen voor een fiscale tegemoetkoming. De overdracht van een pensioen of andere soortgelijke beloning of lijfrente van een in een Verdragsluitende Staat gevestigd pensioenfonds of aldaar gevestigde verzekeringsmaatschappij naar een in een andere staat gevestigd pensioenfonds of aldaar gevestigde verzekeringsmaatschappij beperkt op geen enkele wijze de ingevolge dit artikel aan de eerstbedoelde Staat toegekende heffingsrechten.
- 4
- De uitdrukking „lijfrente” betekent een vaste som, periodiek betaalbaar op vaste tijdstippen, hetzij gedurende het leven, hetzij gedurende een vastgesteld of voor vaststelling vatbaar tijdvak, ingevolge een verbintenis tot het doen van betalingen, die tegenover een voldoende en volledige tegenprestatie in geld of geldswaarde staat.
- 5
- De bepalingen van dit artikel zijn eveneens van toepassing op de betaling van een afkoopsom in plaats van een pensioen of andere soortgelijke beloning of een lijfrente.