Responsive image

Artikel 31

Download de app voor meer functionaliteit.

Artikel 31

    1
  • De diplomatieke ambtenaar geniet immuniteit ten aanzien van de rechtsmacht in strafzaken van de ontvangende staat. Hij geniet eveneens immuniteit ten aanzien van de burger- en administratiefrechtelijke rechtsmacht van die staat, met uitzondering van de volgende gevallen:
    • (a)een zakelijke actie betreffende particulier onroerend goed dat gelegen is op het grondgebied van de ontvangende staat, tenzij hij dit onroerend goed onder zich heeft ten behoeve van de zendstaat voor de werkzaamheden van de zending;
    • (b)een geding betreffende erfopvolging waarin de diplomatieke ambtenaar als particulier en niet ten behoeve van de zendstaat betrokken is als uitvoerder van een uiterste wilsbeschikking, bewindvoerder, erfgenaam of legataris;
    • (c)een geding betreffende een door de diplomatieke ambtenaar in de ontvangende staat buiten zijn officiële werkzaamheden om verrichte beroeps- of bedrijfsbezigheden.
    2
  • Een diplomatieke ambtenaar is niet verplicht om als getuige op te treden.
    3
  • Ten aanzien van een diplomatieke ambtenaar mogen alleen in de onder (a ), (b ) en (c ) van lid 1 van dit artikel bedoelde gevallen executoriale maatregelen worden genomen en alleen dan indien de desbetreffende maatregelen kunnen worden genomen zonder inbreuk te maken op de onschendbaarheid van zijn persoon of zijn woning.
    4
  • De immuniteit van een diplomatieke ambtenaar ten aanzien van de rechtsmacht van de ontvangende staat verleent hem geen immuniteit ten aanzien van die rechtsmacht van de zendstaat.

EY Taxlaw NL verschaft de mogelijkheid tot:
  • het full text doorzoeken van de verdragen en regelgeving met daarbij filters om het zoekgebied nader af te bakenen;
  • het full text doorzoeken van de gedelegeerde regelgeving, beleidsbesluiten en jurisprudentie;
  • het kunnen sorteren van de gedelegeerde regelgeving, beleidsbesluiten en jurisprudentie op datum, titel en instantie;
Responsive image
Responsive image
  • het oproepen van artikelversies tot enige jaren terug;
  • het maken van aantekeningen op artikelniveau;
  • de creatie van dossiers voor de opslag van snelkoppelingen naar veelvuldig geraadpleegde wetsartikelen;
  • het delen via mail en sociale media van artikelteksten met desgewenst een additioneel bericht.