Internationale organisaties, hun organen en functionarissen, alsmede personen die deel uitmaken van een diplomatieke of consulaire vertegenwoordiging van een derde Staat, die in een van de Staten verblijven, hebben in de andere Staat geen recht op de verminderingen of vrijstellingen van belasting voorzien in de artikelen 8, 9 en 10, met betrekking tot uit die andere Staat afkomstige dividenden, interest en royalty's, indien zij in overeenstemming met het internationale recht of gebruik ter zake van genoemde inkomsten in de eerstbedoelde Staat niet aan een belasting naar het inkomen zijn onderworpen.