- 1
- De aangewezen luchtvaartmaatschappijen van elke verdragsluitende partij dienen voor aanvang van de exploitatie van hun diensten hun voorgenomen dienstregeling, onder vermelding van de frequentie, het type luchtvaartuig en de geldigheidsduur, in bij de luchtvaartautoriteiten van de andere verdragsluitende partij. Dit vereiste is eveneens van toepassing bij eventuele wijzigingen daarvan.
- 2
- Indien een aangewezen luchtvaartmaatschappij ad-hocvluchten wil uitvoeren in aanvulling op de vluchten vermeld in de goedgekeurde dienstregeling, dient deze luchtvaartmaatschappij voorafgaand toestemming te vragen aan de luchtvaartautoriteit van de betreffende verdragsluitende partij, die dit verzoek in welwillende overweging neemt in overeenstemming met haar nationale vereisten.