Wanneer een persoon verzekeringstijdvakken heeft vervuld krachtens de wetgeving van beide Staten en geen aanspraak op uitkering op grond van verzekeringstijdvakken die slechts krachtens de wetgeving van één Staat zijn vervuld, telt het bevoegde orgaan van deze Staat, voor zover vereist voor het recht op uitkeringen krachtens de wetgeving die het toepast, de verzekeringsperioden die zijn vervuld krachtens de wetgeving van elk van de Staten samen, voor zover deze tijdvakken niet samenvallen.