Een coöperatie met statutaire zetel in Nederland kan niet aan de oprichting van een Europese coöperatieve vennootschap door fusie deelnemen wanneer Onze Minister van Justitie zich daartegen verzet om redenen van algemeen belang door nederlegging van een daarop betrekking hebbende verklaring ten kantore van het handelsregister binnen een maand na de bekendmaking van de gegevens als bedoeld in artikel 24, tweede lid, van de Verordening. De deelneming aan de fusie heeft eerst rechtsgevolg zodra het verzet is ingetrokken of de opheffing van het verzet onherroepelijk is.