Responsive image

Artikel 12 Representativiteitstoets

Download de app voor meer functionaliteit.

Artikel 12 Representativiteitstoets

    1
  • Op verzoek van Onze Minister toont het georganiseerde bedrijfsleven in de betrokken bedrijfstak binnen acht weken na dat verzoek aan dat het georganiseerde bedrijfsleven dat voortzetting van de verplichtstelling wenst, naar het oordeel van Onze Minister, een belangrijke meerderheid van de in die bedrijfstak werkzame personen vertegenwoordigt.
    2
  • Onze Minister doet het verzoek, bedoeld in het eerste lid, ten minste acht weken voordat er vijf jaren zijn verstreken sinds de datum waarop voor het laatst is gebleken dat het georganiseerde bedrijfsleven in de betrokken bedrijfstak dat de verplichtstelling wenst, naar het oordeel van Onze Minister, een belangrijke meerderheid van de in die bedrijfstak werkzame personen vertegenwoordigt.
    3
  • Als de datum waarop voor het laatst is gebleken dat het georganiseerde bedrijfsleven binnen de betrokken bedrijfstak dat de verplichtstelling wenst, naar het oordeel van Onze Minister, een belangrijke meerderheid van de in die bedrijfstak werkzame personen vertegenwoordigt, wordt aangemerkt:
    • a.de datum waarop de verplichtstelling is opgelegd;
    • b.de datum waarop de verplichtstelling is gewijzigd, of
    • c.de datum waarop na het verzoek van Onze Minister, bedoeld in het eerste of vijfde lid, is aangetoond dat het georganiseerde bedrijfsleven binnen de betrokken bedrijfstak dat de verplichtstelling wenst, naar het oordeel van Onze Minister een belangrijke meerderheid van de in die bedrijfstak werkzame personen vertegenwoordigt.
    4
  • Indien het georganiseerde bedrijfsleven binnen de betrokken bedrijfstak niet binnen acht weken na het verzoek, bedoeld in het eerste lid, heeft aangetoond dat het georganiseerde bedrijfsleven in de betrokken bedrijfstak dat de verplichtstelling wenst, naar het oordeel van Onze Minister, een belangrijke meerderheid van de in die bedrijfstak werkzame personen vertegenwoordigt, doet Onze Minister daarvan mededeling in de Staatscourant.
    5
  • Acht weken voordat er twee jaren zijn verstreken sinds de mededeling, bedoeld in het vierde lid, doet Onze Minister opnieuw een verzoek als bedoeld in het eerste lid. Indien het georganiseerde bedrijfsleven in de betrokken bedrijfstak, binnen acht weken na dat verzoek niet aantoont dat het georganiseerde bedrijfsleven dat de verplichtstelling wenst, naar het oordeel van Onze Minister, een belangrijke meerderheid van de in die bedrijfstak werkzame personen vertegenwoordigt, trekt Onze Minister de verplichtstelling met betrekking tot die bedrijfstak in.
    6
  • In afwijking van het vijfde lid trekt Onze Minister de verplichtstelling niet in zolang tegen die intrekking overwegende bezwaren bestaan in verband met de bescherming van de rechten van de deelnemers of gewezen deelnemers.
    7
  • Bij de intrekking kunnen door Onze Minister ter bescherming van de rechten van de deelnemers of gewezen deelnemers voorschriften worden gegeven met betrekking tot de rechten en verplichtingen van de deelnemers, gewezen deelnemers of hun werkgevers.
    8
  • Bij ministeriële regeling kunnen met betrekking tot dit artikel nadere regels worden gesteld.

EY Taxlaw NL verschaft de mogelijkheid tot:
  • het full text doorzoeken van de verdragen en regelgeving met daarbij filters om het zoekgebied nader af te bakenen;
  • het full text doorzoeken van de gedelegeerde regelgeving, beleidsbesluiten en jurisprudentie;
  • het kunnen sorteren van de gedelegeerde regelgeving, beleidsbesluiten en jurisprudentie op datum, titel en instantie;
Responsive image
Responsive image
  • het oproepen van artikelversies tot enige jaren terug;
  • het maken van aantekeningen op artikelniveau;
  • de creatie van dossiers voor de opslag van snelkoppelingen naar veelvuldig geraadpleegde wetsartikelen;
  • het delen via mail en sociale media van artikelteksten met desgewenst een additioneel bericht.