Bij regeling van Onze Minister van Economische Zaken en Klimaat kunnen regels worden gesteld op grond waarvan wordt vastgesteld in hoeverre bij een verstoring van de voorziening, bedoeld in artikel 22, tweede lid, of artikel 27, achtste lid, sprake is van verschoonbaarheid van een termijnoverschrijding ter zake van:
- a.een aanvraag als bedoeld in artikel 22, eerste lid, of artikel 27, eerste lid;
- b.een opgave als bedoeld in artikel 22, vierde lid; of
- c.een mededeling als bedoeld in artikel 24, tweede lid, of artikel 27, vierde lid.