- 1
- De burgemeester is niet tevens:
-
- a.minister;
- b.staatssecretaris;
- c.lid van de Raad van State;
- d.lid van de Algemene Rekenkamer;
- e.Nationale ombudsman;
- f.substituut-ombudsman als bedoeld in artikel 9, eerste lid, van de Wet Nationale ombudsman;
- g.commissaris van de Koning;
- h.gedeputeerde;
- i.secretaris van de provincie;
- j.griffier van de provincie;
- k.lid van de rekenkamer van de provincie;
- l.lid van de raad van een gemeente;
- m.wethouder;
- n.lid van de rekenkamer;
- o.ombudsman of lid van de ombudscommissie als bedoeld in artikel 81p, eerste lid;
- p.ambtenaar of ambtenaar van politie, in dienst van die gemeente of uit anderen hoofde daaraan ondergeschikt;
- q.ambtenaar, in dienst van de Staat of de provincie, tot wiens taak behoort het verrichten van werkzaamheden in het kader van het toezicht op de gemeente;
- r.functionaris die krachtens de wet of een algemene maatregel van bestuur het gemeentebestuur van advies dient.
- 2
- In afwijking van het eerste lid, aanhef en onder p, kan een burgemeester tevens ambtenaar van de burgerlijke stand zijn.