Het brengen, bedoeld in artikel 3, vierde lid, onderdeel c, van de wet, van alcoholvrije dranken vanuit een inrichting naar een derde land wordt aangetoond met afdrukken van het uitvoergeleidedocument of de aangifte ten uitvoer alsmede van de bevestiging van uitgang, welke documenten zijn vereist op grond van de wettelijke bepalingen, bedoeld in artikel 1:1, eerste en tweede lid, van de Algemene douanewet.