De bevoegde autoriteiten van de verdragsluitende partijen verlenen elkaar bijstand door middel van de uitwisseling van informatie die naar verwachting van belang zal zijn voor de toepassing en handhaving van de nationale wetten van de verdragsluitende partijen die betrekking hebben op de belastingen waarop dit Verdrag van toepassing is, met inbegrip van informatie die naar verwachting van belang zal zijn voor de bepaling, vaststelling, verificatie, tenuitvoerlegging, invordering of inning van belastingvorderingen ten aanzien van personen die deze belastingen verschuldigd zijn of betreffende het onderzoek of de vervolging ter zake van belastingzaken met betrekking tot dergelijke personen. Informatie wordt uitgewisseld in overeenstemming met de bepalingen van dit Verdrag en wordt vertrouwelijk behandeld op de wijze voorzien in artikel 8.