Indien een onderneming van het Koninkrijk der Nederlanden met betrekking tot de voordelen en winsten zoals bedoeld in artikel 3 in een van de andere Staten waarvan Gulf Air de nationale luchtvaartmaatschappij is, wordt onderworpen aan een in artikel 1 bedoelde soort van belasting, gaan de Overeenkomstsluitende Staten onverwijld onderhandelingen aan ten einde de vrijstellingen waarin door artikel 3 van deze Overeenkomst wordt voorzien/dienovereenkomstig aan te passen.