Responsive image

Artikel 24 Werkzaamheden op het Nederlandse continentale plat

Download de app voor meer functionaliteit.

Artikel 24 Werkzaamheden op het Nederlandse continentale plat

    1
  • De bepalingen van dit artikel vinden alleen toepassing met betrekking tot werkzaamheden op het Nederlandse Continentale Plat en prevaleren boven alle andere bepalingen van dit Verdrag. Dit artikel is echter niet van toepassing indien zulke werkzaamheden van een persoon voor die persoon een vaste inrichting vormen ingevolge de bepalingen van artikel 5 of een vast middelpunt ingevolge de bepalingen van artikel 14.
    2
  • In dit artikel betekent de uitdrukking „werkzaamheden op het Continentale Plat" werkzaamheden die op het Nederlandse Continentale Plat worden verricht in verband met de exploratie of exploitatie van de zeebodem en de ondergrond daarvan en hun natuurlijke rijkdommen.
    3
  • Een onderneming van een Verdragsluitende Staat die werkzaamheden op het Continentale Plat verricht wordt, behoudens het in het vierde lid van dit artikel bepaalde, geacht ter zake van die werkzaamheden in Nederland een bedrijf uit te oefenen door middel van een aldaar gevestigde vaste inrichting, tenzij de werkzaamheden op het Continentale Plat worden verricht gedurende een tijdvak of tijdvakken die in een tijdvak van twaalf maanden een totaal van 30 dagen niet te boven gaan.
  • Voor de toepassing van dit lid wordt:
    • a.indien een onderneming die werkzaamheden op het Continentale Plat verricht en die is gelieerd aan een andere onderneming, welke andere onderneming als onderdeel van hetzelfde project dezelfde werkzaamheden buitengaats voortzet die worden of werden uitgevoerd door de eerstbedoelde onderneming, en de hiervoor bedoelde door beide ondernemingen verrichte activiteiten bij elkaar opgeteld een tijdvak van 30 dagen te boven gaan, iedere onderneming geacht haar werkzaamheden uit te oefenen gedurende een tijdvak dat 30 dagen in een tijdvak van twaalf maanden te boven gaat;
    • b.een onderneming geacht gelieerd te zijn aan een andere onderneming indien de ene onmiddellijk of middellijk ten minste een derde deel van het kapitaal van de andere onderneming bezit of indien een persoon onmiddellijk of middellijk ten minste een derde deel van het kapitaal van beide ondernemingen bezit.
    4
  • Voor de toepassing van het derde lid van dit artikel wordt de uitdrukking „werkzaamheden op het Continentale Plat" evenwel geacht niet te omvatten:
    • a.een van de activiteiten of een combinatie daarvan als genoemd in artikel 5, vierde lid;
    • b.sleep- of ankerwerkzaamheden door schepen die in de eerste plaats voor dat doel zijn ontworpen alsmede andere door zulke schepen verrichte activiteiten;
    • c.het vervoer van voorraden of personeel door schepen of luchtvaartuigen in internationaal verkeer.
    5
  • Een inwoner van een Verdragsluitende Staat die in het kader van een vrij beroep of van andere werkzaamheden van zelfstandige aard werkzaamheden op het Continentale Plat verricht, wordt geacht deze werkzaamheden te verrichten vanuit een vast middelpunt in Nederland indien de betreffende werkzaamheden op het Continentale Plat een aaneengesloten tijdvak van 30 dagen of meer beslaan.
    6
  • Salarissen, lonen en andere soortgelijke beloningen verkregen door een inwoner van een Verdragsluitende Staat ter zake van een dienstbetrekking in verband met werkzaamheden op het Continentale Plat die worden verricht door middel van een vaste inrichting in Nederland, mogen, voor zover de dienstbetrekking op het Continentale Plat wordt uitgeoefend, in Nederland worden belast.

EY Taxlaw NL verschaft de mogelijkheid tot:
  • het full text doorzoeken van de verdragen en regelgeving met daarbij filters om het zoekgebied nader af te bakenen;
  • het full text doorzoeken van de gedelegeerde regelgeving, beleidsbesluiten en jurisprudentie;
  • het kunnen sorteren van de gedelegeerde regelgeving, beleidsbesluiten en jurisprudentie op datum, titel en instantie;
Responsive image
Responsive image
  • het oproepen van artikelversies tot enige jaren terug;
  • het maken van aantekeningen op artikelniveau;
  • de creatie van dossiers voor de opslag van snelkoppelingen naar veelvuldig geraadpleegde wetsartikelen;
  • het delen via mail en sociale media van artikelteksten met desgewenst een additioneel bericht.