Pensioenen, lijfrenten en sociale-zekerheidsuitkeringen
- 1
- Onverminderd de bepalingen van het derde lid van dit artikel en het tweede lid van artikel 19 mogen pensioenen en andere soortgelijke beloningen ter zake van een vroegere dienstbetrekking, en lijfrenten, afkomstig uit een Verdragsluitende Staat en betaald aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat in die andere Staat worden belast.
- 2
- Deze pensioenen en andere soortgelijke beloningen verkregen door een inwoner van een Verdragsluitende Staat ter zake van een dienstbetrekking uitgeoefend in de andere Verdragsluitende Staat, en lijfrenten verkregen door een inwoner van een Verdragsluitende Staat en afkomstig uit de andere Verdragsluitende Staat, mogen echter ook worden belast in die andere Staat, overeenkomstig de wetgeving van die Staat, maar indien de betaling een periodiek karakter heeft, mag de aldus geheven belasting 20 procent van het bruto-bedrag van de betaling niet overschrijden.
- 3
- Pensioenen die betaald worden en andere uitkeringen die gedaan worden krachtens de regels van een sociaal-zekerheidsstelsel van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat, zijn slechts in de eerstgenoemde Staat belastbaar.
- 4
- De uitdrukking „lijfrente” zoals gebezigd in dit artikel betekent een vaste som, periodiek betaalbaar op vaste tijdstippen, hetzij gedurende het leven, hetzij gedurende een vastgesteld of voor vaststelling vatbaar tijdvak, ingevolge een verbintenis tot het doen van betalingen, welke staat tegenover een voldoende en volledige tegenprestatie in geld of geldswaarde (anders dan bewezen diensten).