- 1
- Voordelen uit de exploitatie van schepen of luchtvaartuigen in internationaal verkeer zijn slechts belastbaar in de verdragsluitende staat waarin de plaats van de werkelijke leiding van de onderneming is gelegen.
- 2
- Indien de plaats van de werkelijke leiding van een scheepvaartonderneming zich aan boord van een schip bevindt, wordt deze geacht te zijn gelegen in de verdragsluitende staat waar de thuishaven van het schip is gelegen, of indien een dergelijke thuishaven er niet is, in de verdragsluitende staat waarvan de exploitant van het schip inwoner is.
- 3
- Voor de toepassing van dit artikel omvatten voordelen uit de exploitatie van schepen of luchtvaartuigen in internationaal verkeer:
-
- a.voordelen uit de verhuur zonder bemanning van schepen of luchtvaartuigen;
- b.voordelen uit het gebruik, het onderhoud of de verhuur van containers (daaronder begrepen opleggers en daarmee verband houdende uitrusting voor het vervoer van containers) gebezigd voor het vervoer van goederen of koopwaar;
- indien de verhuur of het gebruik, het onderhoud of de verhuur, naargelang van het geval, voortvloeit uit de exploitatie van schepen of luchtvaartuigen in internationaal verkeer; en
-
- c.voordelen uit de verkoop van tickets voor vervoer over zee of door de lucht namens andere ondernemingen.
- 4
- Voor de toepassing van dit artikel worden interest of middelen die rechtstreeks verband houden met de exploitatie van schepen of luchtvaartuigen in internationaal verkeer aangemerkt als voordelen verkregen uit de exploitatie van deze schepen of luchtvaartuigen. De bepalingen van artikel 11 zijn niet van toepassing op deze interest.
- 5
- De bepalingen van het eerste, derde en vierde lid van dit artikel zijn ook van toepassing op voordelen uit de deelneming in een „pool”, een gemeenschappelijke onderneming of een internationaal opererend agentschap.