Responsive image

Artikel 4 Begripsomschrijvingen

Download de app voor meer functionaliteit.

Artikel 4 Begripsomschrijvingen

    1
  • In dit Verdrag:
    • a.wordt verstaan onder de uitdrukking „Britse Maagdeneilanden” het grondgebied van de Britse Maagdeneilanden waarnaar in de constitutie van de [Britse] Maagdeneilanden van 2007 wordt verwezen;
    • b.wordt verstaan onder de uitdrukking „Nederland” het deel van het Koninkrijk der Nederlanden dat in Europa is gelegen, met inbegrip van zijn territoriale zee en elk gebied buiten de territoriale zee waarbinnen Nederland, in overeenstemming met het internationale recht, rechtsmacht of soevereine rechten uitoefent met betrekking tot de zeebodem, de ondergrond daarvan en de daarboven gelegen wateren, en hun natuurlijke rijkdommen;
    • c.wordt verstaan onder de uitdrukking „collectief beleggingsfonds of collectieve beleggingsregeling”, elk gezamenlijk beleggingsinstrument, ongeacht de rechtsvorm;
    • d.wordt verstaan onder de uitdrukking „lichaam” elke rechtspersoon of elke eenheid die voor de belastingheffing als een rechtspersoon wordt behandeld;
    • e.wordt verstaan onder de uitdrukking „bevoegde autoriteit”:
    • i.wat Nederland betreft, de minister van Financiën of zijn bevoegde vertegenwoordiger;
    • ii.en wat de Britse Maagdeneilanden betreft, de Financial Secretary of een door hem schriftelijk aangewezen persoon of autoriteit;
    • f.wordt verstaan onder de uitdrukking „verdragsluitende partij” Nederland of de Britse Maagdeneilanden, al naargelang de context vereist;
    • g.wordt verstaan onder de uitdrukking „strafwetten” alle strafrechtelijke bepalingen die krachtens de nationale wetgeving als zodanig worden aangeduid, ongeacht of zij zijn opgenomen in belastingwetten, het wetboek van strafrecht of andere wetten;
    • h.wordt verstaan onder de uitdrukking „strafrechtelijke belastingzaken” belastingzaken waarbij sprake is van opzettelijke gedragingen die vervolgd kunnen worden krachtens de strafwetten van de verzoekende partij, administratieve boetes daaronder begrepen;
    • i.wordt verstaan onder de uitdrukking „informatie” alle feiten, verklaringen, documenten of stukken ongeacht in welke vorm;
    • j.wordt verstaan onder de uitdrukking „maatregelen ten behoeve van het verzamelen van informatie” wetten en bestuursrechtelijke of gerechtelijke procedures die een verdragsluitende partij in staat stellen de verzochte informatie te verkrijgen en te verstrekken;
    • k.wordt verstaan onder de uitdrukking „onderdaan”:
    • i.wat Nederland betreft, elke natuurlijke persoon die de Nederlandse nationaliteit bezit en elke rechtspersoon, samenwerkingsverband of vereniging die zijn of haar rechtspositie als zodanig ontleent aan de wetgeving die in Nederland van kracht is;
    • ii.wat de Britse Maagdeneilanden betreft, elke persoon die krachtens de constitutie van de [Britse] Maagdeneilanden van 2007 (Statutory Instrument 2007 No.1678 ) behoort tot de Britse Maagdeneilanden of beschikt over een verklaring omtrent ingezetenschap van de Britse Maagdeneilanden overeenkomstig de Immigration and Passport Ordinance (Hfst.130); en elke rechtspersoon, samenwerkingsverband, vereniging of andere entiteit die zijn of haar rechtspositie als zodanig ontleent aan de wetgeving die op de Britse Maagdeneilanden van kracht is;
    • l.wordt verstaan onder de uitdrukking „persoon” een individu („natuurlijke persoon”), een lichaam of een andere vereniging of groep van personen;
    • m.wordt verstaan onder de uitdrukking „openbaar collectief beleggingsfonds of openbare collectieve beleggingsregeling” elk collectief beleggingsfonds of elke collectieve beleggingsregeling, mits de eenheden, aandelen of andere belangen in het fonds of de regeling direct door het publiek kunnen worden gekocht, verkocht of afgelost;
    • n.wordt verstaan onder de uitdrukking „beursgenoteerd lichaam” elk lichaam waarvan de voornaamste aandelencategorie aan een erkende effectenbeurs staat genoteerd mits de ter beurze genoteerde aandelen direct door het publiek gekocht of verkocht kunnen worden; voor de toepassing van deze omschrijving wordt verstaan onder de uitdrukking:
    • i.„voornaamste aandelencategorie” de aandelencategorie of -categorieën die een meerderheid van het totale aantal stemmen en de waarde van het lichaam vertegenwoordigen;
    • ii.„aandelen kunnen door het publiek worden gekocht of verkocht” dat de aankoop of verkoop van aandelen niet impliciet of expliciet is voorbehouden aan een beperkte groep investeerders;
    • iii.„erkende effectenbeurs” elke effectenbeurs die de bevoegde autoriteiten van de verdragsluitende partijen zijn overeengekomen;
    • o.wordt verstaan onder de uitdrukking „aangezochte partij” de verdragsluitende partij die verzocht wordt informatie te verstrekken of zulks reeds gedaan heeft naar aanleiding van een verzoek;
    • p.wordt verstaan onder de uitdrukking „verzoekende partij” de verdragsluitende partij die verzoekt om informatie of deze heeft ontvangen van de aangezochte partij;
    • q.wordt verstaan onder de uitdrukking „belasting” elke belasting waarop dit Verdrag van toepassing is.
    2
  • Wat betreft de toepassing, op enig moment, van dit Verdrag door een verdragsluitende partij, heeft, tenzij de context anders vereist, elke daarin niet omschreven uitdrukking de betekenis welke die uitdrukking op dat tijdstip heeft volgens de wetgeving van die verdragsluitende partij, waarbij elke betekenis volgens de toepasselijke belastingwetgeving van die partij prevaleert boven een betekenis die volgens andere wetgeving van die verdragsluitende partij aan die uitdrukking wordt gegeven.

EY Taxlaw NL verschaft de mogelijkheid tot:
  • het full text doorzoeken van de verdragen en regelgeving met daarbij filters om het zoekgebied nader af te bakenen;
  • het full text doorzoeken van de gedelegeerde regelgeving, beleidsbesluiten en jurisprudentie;
  • het kunnen sorteren van de gedelegeerde regelgeving, beleidsbesluiten en jurisprudentie op datum, titel en instantie;
Responsive image
Responsive image
  • het oproepen van artikelversies tot enige jaren terug;
  • het maken van aantekeningen op artikelniveau;
  • de creatie van dossiers voor de opslag van snelkoppelingen naar veelvuldig geraadpleegde wetsartikelen;
  • het delen via mail en sociale media van artikelteksten met desgewenst een additioneel bericht.