Voor de toepassing van dit Verdrag:
- a.wordt onder de term „investeringen” verstaan: alle soorten vermogensbestanddelen en in het bijzonder, doch niet uitsluitend:
- i.roerende en onroerende zaken en alle andere zakelijke rechten, zoals hypotheekrechten, panden en onderpanden, alsmede alle overige soortgelijke rechten met betrekking tot alle soorten vermogensbestanddelen;
- ii.rechten ontleend aan aandelen, obligaties en andere soorten belangen in ondernemingen en joint ventures;
- iii.aanspraken op geld, op andere vermogensbestanddelen of op iedere prestatie die economische waarde heeft;
- iv.rechten op het gebied van de intellectuele eigendom, technische werkwijzen, goodwill en knowhow;
- v.rechten verleend krachtens het publiekrecht of bij overeenkomst, met inbegrip van rechten tot het opsporen, exploreren, ontginnen en winnen van natuurlijke rijkdommen.
- b.omvat de term „onderdanen” met betrekking tot elk van de Verdragsluitende Partijen:
- i.natuurlijke personen die de nationaliteit van die Verdragsluitende Partij hebben;
- ii.rechtspersonen die zijn opgericht krachtens het recht van die Verdragsluitende Partij;
- iii.rechtspersonen die niet zijn opgericht krachtens het recht van die Verdragsluitende Partij, maar die onder al dan niet rechtstreeks toezicht staan van natuurlijke personen zoals omschreven onder i of van rechtspersonen zoals omschreven onder ii;
- c.wordt onder de term „grondgebied” verstaan:
- ten aanzien van elke Verdragsluitende Partij, het grondgebied onder de soevereiniteit van die Verdragsluitende Partij, met inbegrip van de territoriale zee, het continentaal plat en elke exclusieve economische zone waarover een Verdragsluitende Partij soevereine rechten of rechtsmacht uitoefent in overeenstemming met het internationale recht.
- d.Voor de toepassing van dit Verdrag doet een verandering in de vorm waarin de vermogensbestanddelen als investeringen worden gebruikt geen afbreuk aan hun hoedanigheid van investering.