- 1
- De in een tijdvak verschuldigd geworden belasting moet op aangifte worden voldaan.
- 2
- Aangifte dient te worden gedaan voor elke inrichting afzonderlijk.
- 3
- In afwijking van het tweede lid kan bij ministeriële regeling, onder daarbij te stellen voorwaarden, worden toegestaan dat voor inrichtingen waarvan de vergunningen op naam zijn gesteld van dezelfde vergunninghouder één aangifte voor die inrichtingen tezamen wordt gedaan.