De Overeenkomstsluitende Partijen verlenen elkaar het recht om door de aangewezen maatschappij van ieder van hen de luchtdiensten te doen exploiteren welke zijn omschreven in deze Overeenkomst en de hierbij behorende Bijlage. Deze diensten zullen verder worden aangeduid met de uitdrukking „overeengekomen diensten”.