- 1
- Het bedrag van de in artikel 18 bedoelde uitkering wordt berekend naar verhouding van de totale duur van de door de betrokkene na het bereiken van de leeftijd van 15 jaar krachtens de Nederlandse wetgeving afgeronde verzekeringstijdvakken tot het tijdvak gelegen tussen de datum waarop hij de leeftijd van 15 jaar bereikte en de datum waarop zijn arbeidsongeschiktheid met daarop volgende invaliditeit is ontstaan.
- 2
- Indien de betrokkene, op het tijdstip waarop de arbeidsongeschiktheid met daarop volgende invaliditeit is ontstaan, als werknemer werkzaam was of met een werknemer was gelijkgesteld, wordt de verschuldigde uitkering vastgesteld overeenkomstig de Wet op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering van 18 februari 1966 (WAO). Indien dit niet het geval is, wordt de verschuldigde uitkering vastgesteld overeenkomstig de Wet Arbeidsongeschiktheidsverzekering Zelfstandigen van 24 april 1997 (WAZ).
- 3
- Afgeronde verzekeringstijdvakken krachtens de Nederlandse wetgeving zijn:
-
- a.verzekeringstijdvakken afgerond krachtens de Wet op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO) van 18 februari 1966;
- b.verzekeringstijdvakken afgerond krachtens de Algemene Arbeidsongeschiktheidsverzekeringswet van 11 december 1975 (AAW), voor zover deze niet samenvallen met verzekeringstijdvakken vervuld krachtens de voornoemde Wet Arbeidsongeschiktheid van 18 februari 1966 (WAO);
- c.verzekeringstijdvakken afgerond krachtens de Wet Arbeidsongeschiktheidsverzekeringswet Zelfstandigen van 24 april 1997 (WAZ), voor zover deze niet samenvallen met verzekeringstijdvakken vervuld krachtens de voornoemde Wet Arbeidsongeschiktheid van 18 februari 1966 (WAO);
- d.tijdvakken van arbeid en daarmee gelijkgestelde tijdvakken die vóór 1 juli 1967 in Nederland zijn afgerond.