- 1
- Indien een lichaam dat inwoner is van IJsland van oordeel is dat de maatregelen van een of van beide partijen voor hem leiden of zullen leiden tot een belastingheffing die niet in overeenstemming is met de bepalingen van dit Verdrag, kan het, ongeacht de rechtsmiddelen waarin de nationale wetgeving van die partijen voorziet, zijn geval voorleggen aan de bevoegde autoriteit van IJsland. Het geval moet worden voorgelegd binnen drie jaar nadat de maatregel die leidt tot een belastingheffing die niet in overeenstemming is met de bepalingen van dit Verdrag, voor het eerst te zijner kennis is gebracht.
- 2
- De bevoegde autoriteit tracht, indien het bezwaar haar gegrond voorkomt en indien zij niet zelf in staat is tot een bevredigende oplossing te komen, het geval in onderling overleg met de bevoegde autoriteit van Aruba op te lossen teneinde belastingheffing die niet in overeenstemming is met dit Verdrag te vermijden. De bereikte overeenstemming wordt ten uitvoer gelegd niettegenstaande de verjaringstermijnen in de nationale wetgeving van de partijen.
- 3
- De bevoegde autoriteiten van de partijen trachten moeilijkheden die mochten rijzen met betrekking tot de uitlegging of de toepassing van dit Verdrag in onderling overleg op te lossen.
- 4
- De bevoegde autoriteiten van de partijen kunnen zich rechtstreeks met elkaar in verbinding stellen teneinde de overeenstemming als bedoeld in de voorgaande leden te bereiken.