- 1
- Onverminderd het bepaalde in hoofdstukken 3 en 4 van de Mededingingswet, zijn de voorwaarden die door banken worden verbonden aan de toegang van betaalinstellingen tot betaalrekeningsdiensten objectief, niet-discriminerend en evenredig. Deze toegang is voldoende om betaalinstellingen in staat te stellen op onbelemmerde en efficiënte wijze betaaldiensten aan te bieden.
- 2
- Een weigering van toegang wordt door de bank onder volledige opgave van redenen gemeld bij de Autoriteit Consument en Markt.
- 3
- Het eerste en tweede lid zijn van overeenkomstige toepassing op de toegang van:
-
- a.betaaldienstverleners die geheel of gedeeltelijk zijn vrijgesteld van artikel 2:3a, eerste lid;
- b.betaaldienstverleners met zetel in een andere lidstaat waaraan een vergunning is verleend voor het verlenen van betaaldiensten.