De arbeidsongeschiktheidsuitkering, onderscheidenlijk de verhoging van de arbeidsongeschiktheidsuitkering in geval van herziening van die uitkering op grond van de artikelen 37, 38, 39, 39a en 39c, wordt niet uitbetaald gedurende het verlengde tijdvak waarin recht bestaat op ziekengeld op grond van artikel 29, tiende lid, van de Ziektewet, op loon op grond van artikel 629 lid 11, onderdeel d, van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, dan wel op bezoldiging op grond van artikel 76a, zesde lid, van de Ziektewet.